NAH+

Doelgroep

Personen met NAH+ vormen een doelgroep die het ministerie van VWS heeft aangemerkt als één van de tien laag volume hoog complexe doelgroepen waarvoor een doelgroepexpertisenetwerk wordt ingericht.

Het gaat om personen met niet-aangeboren hersenletsel met multidomein-problematiek (d.w.z. combinatie van somatisch, gedrag, psychisch/psychiatrisch, sociaal) met behoefte aan een specifieke omgeving, intensieve begeleiding en behandeling, die veelal intramuraal verblijven.

Het doelgroepexpertisenetwerk NAH+ noemt dit in haar eerste adviesrapport een complex neuro-psychiatrisch beeld, met risicovol gedrag en (soms) ernstige gedragsproblematiek.

Uitgangspunt voor de zorg voor mensen met NAH+ is persoonsgerichte zorg

Zorg gericht op de interactie tussen de persoon met NAH+ en de omgeving. Het gaat om een voortdurende afstemming op wat de individuele cliënt NAH+ nodig heeft om optimaal te functioneren en kwaliteit van leven te ervaren. De vraag is steeds: ‘Welk stukje van de puzzel moet je extra aandacht geven?’

De omgeving bestaat uit de sociale context, de fysische omgeving en de organisatiecontext.

In deze nota gaan wij dieper in op de uitvoeringsorganisatie om deze hoog specialistische zorg op een hoog niveau en duurzaam in te richten.

Definitie NAH+

We maken onderscheid in NAH, NAH+ en NAH++

NAH

Hersenletsel ten gevolge van welke oorzaak dan ook, anders dan rond of vanwege de geboorte ontstaan. (definitie zoals geformuleerd door de Hersenstichting)

Dit is de definitie zoals geformuleerd door de Hersenstichting, voor meer informatie over NAH kan je ook een kijkje nemen op de site van de hersenstichting:

NAH+

Persoon heeft NAH én:

  • Complexe combinatie van stoornissen en beperkingen
  • Die somatisch, psychisch en/of sociaal kunnen zijn
  • Deze beperkingen en stoornissen hangen (in)direct samen met het hersenletsel
  • En leiden tot een draaglast die de draagkracht van cliënt, diens naasten en/of
  • betrokken hulpverleners ernstig overschrijdt
  • Waardoor reguliere zorg niet voldoende is en een hooggespecialiseerd zorg- en behandelniveau nodig is.

NAH++

Persoon heeft NAH+ én:

  • Er is sprake van hoogfrequent dan wel ernstig ontregelend gedrag en/of onhanteerbaar gedrag
  • Behandeling binnen een DEC of REC heeft niet tot significante verbetering van de problemen /stoornissen geleid
  • Waardoor cliënt langdurig geplaatst moet worden in een woon- of verblijfsvoorziening met een hooggespecialiseerd zorg-, behandel- en beveiligingsniveau.

Indicatiestelling

Het expertteam is een onafhankelijke schakel in de beoordeling of er sprake is van NAH+ bij een client.

Met de vaststelling dat er sprake is van NAH+ krijgt de client toegang tot een REC of DEC binnen het zorglandschap.

Het expertteam bestaat o.a. uit GZ-psychologen, klinisch neuropsychologen, psychiaters en specialisten ouderengeneeskunde die werkzaam zijn bij  zorg-en behandelinstellingen in het NAH+ zorglandschap.

Het expertteam heeft de volgende taken:

  • Het door-ontwikkelen van diagnostiek en toetsingsmethodiek in nauwe samenwerking met het Kenniscentrum.
  • Het onafhankelijk toetsen van de diagnose op clientniveau.

Het NAH+ landschap én de expertteams zijn onderverdeeld in de regio’s Zuid-Oost, Noord-Oost en West.

Instrumenten

Doordat NAH+ een nieuw concept is zijn er op dit moment geen gevalideerde en

betrouwbare meetinstrumenten beschikbaar die differentiëren tussen NAH zonder ernstige bijkomende problematiek, NAH+ en NAH++. Er zijn wel veelbelovende instrumenten die de ernst meten van neuropsychiatrische gevolgen van NAH. Dat zijn:

Meetinstrumenten voor het meten van neuropsychiatrische gevolgen in zijn algemeenheid: Neuropsychiatric Inventory (NPI) (Nederlandse versie beschikbaar), Overt Behavioral Scale (OBS), Neurobehavioral Functioning Inventory (NFI), Neurobehavioral Rating Scale (NRS).

Meetinstrumenten die ingezet worden voor het meten van agressie: Agitated Behavior Scale (ABS), Overt Aggression Scale (OAS) (Nederlandse versie beschikbaar).

Meetinstrumenten die ingezet worden voor het meten van apathie: Apathy

Evaluation Scale (AES) (Nederlandse versie beschikbaar).

Aanvullend adviseert het kenniscentrum:

Meetinstrument voor het meten van psychopathologie: Brief symptom Inventory (BSI)

Bij iedere mogelijke NAH+ cliënt zowel de BSI als de NPI af te nemen